Dit hoofdstuk is geheel gewijd aan Theunis Lamberts Koeckoek en zijn nakomelingen.
In de eerste paragraaf is de genealogie opgenomen van Theunis Lambers, zoon van Lambert Aelberts Koukouk.
De tak Theunis Lambers Koeckoek is altijd nauw verbonden geweest met kasteel De Cannenburch in Vaassen. Afstammelingen zijn molenaar geweest op een van de molens van de Cannenburch alsmede pachter op een van de boerderijen. In de vrouwelijke lijn zaten in 1995 nog nakomelingen op de vernieuwde watermolen van de Cannenburgh.
Om die reden volgt na de genealogie een korte beschrijving van de geschiedenis van De Cannenburch.
Theunis Lambers Koeckoek en zijn zoon Lambert Koeckoek laten een bijzondere kant van zichzelf zien tegen de achtergrond van de tijd waarin zij leefden. Theunis was betrokken bij het “pachtersoproer” in 1748 en Lambert was een van de “homines novi”, afgevaardigde voor de zogenoemde landdagen. De laatste paragraaf van dit hoofdstuk is aan hen gewijd.

Genealogie Theunis Lamberts Koukouk
Theunis Lamberts Koukouk is voortgekomen uit het huwelijk van Lambert Aelberts Koukouk met Stijntje Aelberts.
IVa. Theunis Lamberts Koukouk, geb, ca. 1712; overl. Vaassen 24 okt.1775; tr. R.K.
Vaassen 31 april 1747 Gerritjen Alberts van Boerle, Cannenburchs molen, ged. R.K. Olst 18 mei 1722 “op Boerle”, overl. Vaassen 16 okt. 1796, begr.ald. 22 okt. 1796, dr. van Albert Gerrits en Gertrudis Jans.
In een proces (Hof van Gelre, Civ.Proc.1762 nr. 6) komt een getuigenis voor van Theunis van 13 jan. 1761. Hij is dan “in zijn 49e jaar”. Hij heeft 4 1/2 jaar bij Arent Mulder gewoond als knecht. Dan 12 jaar op de molen als knecht; en nu heeft hij “int veertiende jaar als coornmolenaar gewoont en verkeert op de molen”.
Hieruit valt het volgende af te leiden:
1730 – 1735 als knecht bij Arent Mulder
1735 – 1747 molenaarsknecht op de molen
1747 – molenaar op de Cannenburchs molen.
Theunis is waarschijnlijk gaan trouwen toen hij als zelfstandig molenaar kon beginnen.
Theunis Koukouk is met onderschout G. van Laer “in qualiteit als Geërffdens op Veluwen” officieel getuige bij een koopovereenkomst op 24 maart 1774. Hij plaatst dan namelijk zijn lakzegel en handtekening onder aan een charter dat de overdracht regelt van onroerend goed ten behoeve van de Douairiere van Isendoorn. Het betreft Anna Margaretha Josepha, gravin van Rennesse van Elderen (1703-1775), de weduwe van Frederik Johan van Isendoorn a Blois (1699-1771).

Uit dit huwelijk:
1. Albert Koukouk, ged. R.K. Vaassen 17 juni 1748 (“1748 17 junii baptizatus est Albertus; pater Teunis Lamberts, mater Gerritjen Aelbers; suscepit Gertruidt Jansen”).
2. Alberdina Koukouk, geb. 29 maart 1750, overl.Eerbeek 20 jan. 1782, tr.R.K. Vaassen Joannes Sijmons, ged.R.K. Vaassen 29 febr. 1752, zn. van Michiel Simons en Joanna v. Bussel. Hij tr. 2e 3 nov. 1782 Hendrika Kelderman.
3. Christina Maria Koukouk, ged. R.K. Vaassen 13 febr. 1752 (“1752, 3 febr. is gedoopt
Christina Maria, dogter van Theunis Lambers en Gerridina Albers; gevader Lambert Aalbers, gemoeder Hendrikje Wilms”), overl. Vaassen 13 juni 1822, tr. R.K. Vaassen 10 mei 1772 Berend Aar(t)s Hafkamp.
4. Alberta Gerarda Koukouk, ged. R.K. Vaassen 17 jan. 1754 (“1754, den 17 jan. is gedoopt Alberta Gerarda de dogter van Tuijnis Lambers en Gerritjen Aalbers, gemoeder Getruij van Boerdel, op de meule bij Cannenburch.”)
5. Albertus Koukouk, ged. R.K. Vaassen 11 jan. 1756 (“1756, 11 januar. baptizatus est Albertus filius Teunis Lambers et Gerrardae Albers”).
6. Lambertus, volgt Va.
7. Maria Gertrudis Koekkoek, ged. R.K. Vaassen 16 aug. 1760 (“ 1760, 16 aug. baptizata est Maria Gertrudis filia Theunis Lambers Koekkoek et Gerritjen albers; suscepit . . .”), tr. R.K. Vaassen 2 aug. 1785 Jan Vosselman, wdr. van Alberta Thijssen.
8. Gertrudis Koekuck, ged. R.K. Vaassen 9 sept. 1762 (“1762, 16 aug. baptizata est Gertrudis filia Theunis Lambers Koekuck et Gerritje Albers; susc. Maria Albers”), overl. 1 februari 1791, tr. R.K. Vaassen 3 nov. 1782 Albertus Sijmons, ged. Vaassen 15 april 1745, zn. van Michiel Simons en Joanna v. Bussel. Hij tr. 2e 1791 Johanna Antonia Kelderman, overl. 5 april 1802.
We vinden in schrift 9 van de zogenoemde Collectie Moerman de volgende transactie vermeld:
Op 14 juni 1791 wordt de helft van “een plaatsje” in Westerick / Vaasen verkocht door Albert Simons, weduwnaar van Geertruyt Theunis Koekkoek, en Jannis Simons en Lambert Theunis Koekkoek als voogden over het onmundige kind van voornoemden.
De koper is Hermen Roelofs, die de andere helft al bezit samen met zijn broers en zusters, als erfgenamen van hun ouders (Roelof Aarts en Hendrikjen Willems Bouwmeester).
9. Alberta Koukuck, ged. R.K. Vaassen 31 aug. 1764 (“1764, 31 aug. baptizata est Alberta filia Theunis Lambers Koekuck et Gerrtjen Albers van Boerle; susc. Alberdina TheunisVaassen).
10. Albertus Koukuck, ged. R.K. Vaassen 14 juni 1766 (“1766, 14 junii baptinatus est Albertus filius Theunis Lambers Koekuck et Gerritjen Albers; susc. Alberdina Theunis Vaassen”).
Va. Lambertus Koukouk, ged. R.K. Vaassen 2 juni 1757 (“1757, 2 junii baptizatus est Lambertus filius Theunis Lambers Koekuck et Gerrardae Albers; suscepit Hendrik Lambers”), overl. Vaassen 24 april 1814, tr. R.K. Vaassen 4 jan. 1794 (Nederduitsch Geref.Gem. Vaassen 29 dec. 1793) Maria Jans Vegterloo, ged. R.K. Raalte 16 febr. 1773, overl. Vaassen 11 april 1820, dr. van Joannes Jansen “van de Mentink” en Gerardina Berends “van de Vegterlo”.
Lambertus was molenaar op de watermolen van kasteel Cannenburgh. Tussen 1795 en 1798 was hij afgevaardigde voor Epe op de kwartiervergaderingen van de Veluwe en op de Landdagen van Gelderland.
Uit dit huwelijk:
1. Gerarda Maria Koekkoek, ged. R.K. Vaassen 28 aug. 1795. tr. Epe 19 april 1828 Johannes Arnink, ged. ca. 1797, zn. van Johannes Arnink en Johanna Mentink.
2. Antonius Koekkoek, ged. R.K. Vaassen 3 nov. 1796, overl. Vaassen 30 dec. 1796, begr. ald. 2 jan. 1797.
3. Antonius, volgt VIa.
4. Johannes, volgt VIb.
5. Gerardus Koekkoek, ged. R.K. Vaassen 29 dec. 1800, overl. Vaassen 13 april 1805, begr. ald. 16 april 1805.
6. Henrica Sophia Koekkoek, ged. R.K. Vaassen 10 febr. 1802 (“1802, 10 februarii baptizata est Henrica filia Lamberti Koekkoek et Maria Jans Vegterloo conjugum; suscepit Joannes Vegterloo et Christina Koekoek Vaassen”), overl. Twello 14 jan. 1840, tr. Voorst 19 nov. 1825 Johannes Janssen Haan, geb./ged. R.K. Duistervoorde 23 jan. 1795.
7. Albertus Koekkoek, ged. R.K. Vaassen 29 mei 1803, overl. Twello 19 dec. 1858, ongeh.
8. Maria Gertrudis Koekkoek, ged. R.K. Vaassen 4 okt. 1804, overl. Vaassen 28 aug. 1825, tr. Epe 30 okt. 1824 Willem Hendrikus van Velde, geb. Epe ca. 1797, zn. van Johannes van Velde en Geertruid Wolters.
9. Gerardus Antonius Koekkoek, ged. R.K. Vaassen 6 jan. 1805.
10. Gerardus Koekkoek, ged. R.K. Vaassen 4 nov. 1806, overl. Vaassen 21 aug. 1825.
11. Henricus Koekkoek, ged. R.K. Vaassen 1808.
VIa. Antonius Koekkoek, ged. R.K. Vaassen 21 dec. 1797, molenaar op de watermolen van kasteel Cannenburch te Vaassen, overl. Vaassen 14 dec. 1832, tr. Epe 19 april 1828 Elizabeth Mentink, ged. R.K. Vaassen 10 jan. 1801, overl. ald. 3 mei 1890, dr. van Hendrik Mentink en Johanna van ‘t Erve.
-
Elizabeth Mentink (1801-1890) echtgenote van Antonius Koekkoek (VI a) -
Gerrit te Riele, (1831 – 1907) echtgenoot van Maria Koekkoek (VIa.1.)
Uit dit huwelijk:
1. Maria Koekkoek, geb. Vaassen 23 juli 1829, overl. ald. 5 febr. 1872, tr. Epe 5 juni 1857 Gerrit te Riele, geb. Diepenveen 13 febr. 1831, overl. Vaassen 29 jan. 1907.
Maria en Gerrit hadden zes kinderen, van wie alleen Hermanus (Mannes) in het huwelijk trad. Drie dochters, te weten Betje, Mina en Dina staan rechts op de foto die gemaakt is van Cannenburchs molen na de brand van februari 1942.
De tweede man links is Anton te Riele (kleinzoon van Maria en Gerrit). Nog steeds wonen hun afstammelingen op de Cannenburchs molen.

-
Johanna Koekkoek (1830-1874) (VIa.2) -
Wilhelmus Reinerus van Onna (1817- 1871), de echtgenoot van Johanna Koekkoek
2. Johanna Koekkoek, geb. Vaassen 8 okt. 1830, overl. ald. 11 juni 1874, tr. Epe 5 juni 1857 Wilhelmus Reinerus van Onna, geb. 9 okt. 1817, overl. 18 nov. 1871.
3. Gerarda Koekkoek, geb. Vaassen 24 mei 1832, overl. ald. 22 okt. 1903, tr. Epe 5 aug. 1854 Hermanus Dijkman, geb. Vaassen 21 mei 1830, overl. ald. 1 sept. 1909.
Hermanus Dijkman bouwde in Vaassen een boerderij op de fundamenten van het aloude “Spieker”. Het echtpaar kreeg zeven kinderen: Maria, Elisabeth, Antonia, Antonius, Gerardus, Alberdina en Johanna.

VIb. Johannes Koekkoek, ged. R.k. Vaassen 4 april 1799, korenmolenaar, overl. Epe 18 mei 1834, tr. Epe 24 april 1830 Maria Heinen, geb. Epe ca. 1810, overl. Epe 31 okt. 1834, dr. van Arnold Heinen en Wigberta Hendriks (Wichertje Hendriks Timmer).
Uit dit huwelijk:
1. Maria Koekkoek, geb. Epe 25 sept. 1831, Birgittines, geprofest Uden 23 okt. 1862, overl. Uden 2 juni 1876.
2. Aleyda Koekkoek, geb. Epe 28 juli 1833, overl. Epe 12 nov. 1837.
Johannes Koekkoek was zeer waarschijnlijk molenaarsknecht bij Arend Heinen. Deze stierf op 21 november 1825. Toen Johannes in 1830 in het huwelijk trad met diens dochter Maria Heinen, trouwde hij in bij zijn schoonmoeder Wichertje Hendriks Timmer.
Deze Wichertje zorgde ook voor de twee kleinkinderen kinderen, Maria en Aleyda, toen hun ouders vrij kort na elkaar in het jaar 1834 stierven.
Maria kreeg naast het verlies van haar vader en moeder drie jaar later ook nog het verlies van haar zusje te verwerken.
Of deze tragische gebeurtenissen in haar jeugd ertoe hebben geleid tot haar keuze in te treden bij de Birgitinessen zullen we wel nooit te weten komen.
Maria werd 23 oktober 1862 geprofest onder de kloosternaam Zuster Dympha van de vijf Heilige Wonden. Ze nam een bruidschat van 1900 gulden mee naar het klooster in Uden. Die bruidsschat werd overigens (met een voetreis van een week van Epe naar Uden en terug) gebracht door een achter-achter-neef van haar, Wilhelmus Koekkoek (zie hoofdstuk 5.1.). Over haar kloosterleven weten we jammer genoeg alleen dat ze gedurende 10 jaar ziekenzuster is geweest. Ze stierf op de leeftijd van 44 jaar op 2 juni 1876.
Bijzondere mensen
Kasteel de Cannenburch
De watermolen van De Cannenburch